Soedanese mus of Kordofanmus
Passer cordofanicus

Algemeen

English: Kordofan Rufous Sparrow, Southern Rufous Sparrow
Deutsch: Kordofansperling
Français: Moineau du Kordofan, Moineau roux du Kordofan
Taxanomie: Passer cordofanicus Heuglin, 1874*, Melspez, Kordofan, Sudan.

Uiterlijke kenmerken

De algemene verschijning van de Soedanese - of Kordofanmus doet denken aan de huismus (Passer domesticus). Zijn uiterlijke kenmerken zijn zeer gelijkend met een aantal andere soorten, zoals de Iago mus (Passer iagoensis), Keniaanse roestmus (Passer rufocinctus), Shelley's roestmus (Passer shelleyi), Socotra–mus (Passer insularis) en roestmus (Passer motitensis). Vroeger werd deze mus als ondersoort van de roestmus beschreven, maar de man heeft een bleke grijze kroon, witachtige gezicht en onderkant, een duidelijk verschil. 

 

Grootte/Size/Größe/Taille: …… cm
Vleugel/Wing/Flügel/Aile: 74-81 mm (male), 69-76 mm (female)
Staart/Tail/Schwanz/Queue: ...... mm
Poot/Tarsus/Bein/Tarse: ...... mm
Snavel/Culmen/Schnabel/Bec: ...... mm
Gewicht/Weight/Gewicht/Poids: ...... g

Geluid

 

 

Monotypisch

De Soedanes of Kordofanmus is monotypisch; dwz geen ondersoorten.

Verspreidingsgebied en biotoop

Leefgebied: extreem oost centraal Tsjaad; provincies Darfur en Kordofan tot centraal en west Soedan.

 

 

 

De Soedanese of Kordofan mus heeft een voorkeur voor droge gebieden met struiken en is over het algemeen minder vaak te vinden op open vlaktes of open savannes. 

Huisvesting

 

Sociale eigenschappen

De Soedanese of Kordofanmus foerageert tussen de vegetatie op zoek naar zaden, voornamelijk graan- en onkruidzaden, en soms insecten. In woongebieden zoekt hij ook naar voedsel in het afval. Jonge vogels worden grootgebracht met insecten. 

Voeding

 

Voortplanting

 

* Naam van de eerste auteur die deze vogelsoort een wetenschappelijke naam gaf, en het jaar waarin dat gebeurde.
Is de eerste wetenschappelijke naam nadien gewijzigd, dan staat de auteursnaam en het jaartal tussen haakjes.